De voordelen van natuurlijke betaïne bij zeugen

Het gebruik van natuurlijke betaïne bij zeugen kent verschillende voordelen voor o.a. de reproductie en vruchtbaarheid. In deze nieuwsbrief zet E.F.S. enkele hiervan op een rij. Allereerst een korte terugblik op de reeds bekende positieve punten van betaïne.

Betaïne

Natuurlijke betaïne heeft verschillende gezondheidsbevorderende effecten. Enkele zichtbare voordelen in de stal zijn minder hittestress, hogere groei en een verbeterde darmgezondheid. Daarnaast is minder dripverlies bij slachten een vaak waargenomen voordeel. Bovengenoemde gezondheidsvoordelen komen voort uit de 4 functies van betaïne in het metabolisme, namelijk: methyldonor, osmoseregulator, antioxidantwerking en de bijdrage in de synthese van het aminozuur glycine.

Zeugen

Uit verscheidene studies blijkt dat de inzet 1,5-2,0 kg zuivere betaïne per ton voer de volgende positieve effecten heeft:

  • korter speen-dek interval
  • meer levend geboren biggen per worp
  • minder gewichtsverlies tijdens lactatie
  • meer gespeende biggen
  • hoger toomgewicht bij spenen

Het inzetten van betaïne midden in de dracht heeft al positieve effecten op de prestaties van de zeug en biggen. Wel is het te behalen voordeel groter als betaïne al verstrekt wordt vóór het insemineren van de zeug. Door het verstrekken van betaïne gedurende de gehele cyclus heeft de zeug meer energie beschikbaar en ook een betere hormonale balans, waardoor meer follikels kunnen rijpen na het spenen.

De melkgift en -samenstelling blijven bij het geven van betaïne nagenoeg gelijk. Alleen het gehalte betaïne verdubbelt in de melk door het voeren van betaïne.

Biggen

Naast voordelen voor de zeug, kent betaïne ook verschillende voordelen voor de big tijdens de speenperiode.

Via de colostrum en melk wordt betaïne doorgegeven aan biggen en dit geeft na het spenen ook een hogere groei. Studies laten zien dat biggen, die via de melk betaïne ontvangen, als slachtvarken een hoger slachtgewicht bereiken en een lagere voederconversie hebben. Een mogelijke effect is dat de verstrekte betaïne in de melk een lager intern stressniveau geeft bij spenen en dat de big minder hittestress ervaart na het spenen, doordat betaïne optreedt als osmoregulator.

Bacteriën gebruiken betaïne mogelijk als osmoregulator. Uit verschillende onderzoeken bij biggen blijkt dat betaïne de vertering van nutriënten in zowel de dunne als dikke darm verbetert.

Voor het beste resultaat is het advies om aan zeugen gedurende de gehele cyclus 2g betaïne per kg voer te verstrekken.

Meer weten? Contacteer het E.F.S. team!